CIMEDART
Tijdschrift voor filosofie
sinds 1969



Redactioneel

Beeldvorming en perceptie

Tonya Sudiono


Foto’s in kranten vervangen in steeds grotere getale de kolommen vol volzinnen; zelfonderzoek wordt niet meer in een dagboek opgetekend maar bestaat uit een Instagram-feed vol selfies; en met de beeldvorming omtrent vreemdelingen is zeker iets ‘vreemds ’ aan de hand. Cimedart wijdt deze winter een nummer aan beeldvorming en perceptie.

We kijken daarbij verder dan het oog en de dansende kegels en staafjes op het netvlies. Allereerst is er de ethische vraag, hoe we met onszelf en anderen dienen te leven. In hoeverre kan onze bildung nu eigenlijk van belang kan zijn voor de rest van de samenleving? Ilona vraagt zich dit af tijdens haar tijd bij de Bildung Academie. Ik vraag me ondertussen af in hoeverre het beeld dat we van onszelf hebben misplaatst kan zijn in ‘De hoofdredacteur van Cimedart is een oplichter’. Hannah Achterbosch neemt ons mee naar haar kamer, waar zij Adorno de polygame liefde verklaart.

Op verschillende manieren wordt bekeken hoe politieke en wetenschappelijke beeldvorming tot stand komt. Zo wordt het al dan niet plaatsvinden van de Albanese oorlog betwijfeld door Mathijs Mul. Is iets werkelijk gebeurt als mensen het narratief van de media of de overheid slikken? Hoe wordt een narratief als een simulacrum over de werkelijkheid geplaatst, en wie dicteert daarmee wat wij voor waar aannemen? Uiteindelijk geldt hier: what you see is what you get.

Hetzelfde spreekwoord lijkt op te gaan voor de wetenschap: je krijgt wat je ziet. Maar wat krijgen we eigenlijk níet te zien? Tove Oegema werpt licht op een grootschalig sociologisch onderzoek naar inkomensongelijkheid dat door het grote publiek en de media over het hoofd werd gezien.

Of jij dezelfde mentale representaties van de wereld heb als ik, blijft altijd een aanname en vooral een kwestie van communicatie. In tegenstelling tot Plato meende Jean-Baptiste Cimédart dat de verkenning en verwoording van mentale beelden een terrein is, dat filosofen delen met dichters. Vandaar dat Roos Vlogman in dit nummer een eigentijds poëtisch beeld neerzet op basis van de Parijse aanslagen, die afgelopen herfst onze beeldschermen domineerden. Daarnaast onderzoekt Chi Oneiro met kunstenaar Baha Görkem Yalim hoe wij ons voorbije tijden herinneren. De twee beschrijven hoe herinneringen soms vervat en gevormd worden door middel van keepsakes; ‘erfstukken’ die (door toeval of overdracht) worden overgedragen van opa tot kleinzoon of van ex-geliefde naar ex-geliefde. Een geërfde bril kan daardoor opeens toegang verschaffen tot een wereld naar voorbije tijden. En wat voor signaal geef je eigenlijk af aan de omgeving als je blijft rondlopen in een keepsake, zoals het te grote Adidas-jasje van je ex?

Kunst slaagt er niet altijd succesvol in om ook maar enig (mentaal) beeld over te dragen op de kijker. Bij het zien van een tentoongestelde stofzuiger raakt fictief personage Knuuper in een existentieel vacuüm van het niet-zijn, want: schuilt er nou wel of geen diepere betekenis achter deze conceptuele kunst? Samen met Knuuper kun je je afvragen in hoeverre tentoongestelde alledaagse objecten – een eeuw na Marcel Duchamps tentoongestelde urinoir – nog in staat zijn om een betekenisvolle esthethische ervaring op te roepen.

Heb je het gevoel dat Cimedart een bepaald domein of idee over het hoofd ziet? Wil je een opiniestuk wilt indienen omdat je het met een van de stukken radicaal oneens bent, of heb je een goed idee voor een artikel? Stuur ons dan je kopij of idee naar cimedart.fgw@gmail.com, en toon ons jouw visie op de dingen.